woensdag 26 februari 2014

Vlaamse BEN-norm: wolf in schaapskleren

Bijna-energie neutraal bouwen is de nieuwe hype op Batibouw. Door de achterliggende BEN-norm dreigt de Vlaamse energiefactuur paradoxaal genoeg door het dak te gaan. Bron van alle kwaad: de lichtzinnig lage eisen op het gebied van energiegebruik.
Carbon lock-in:
Vlaanderen maakt er werk van
De Vlaamse BEN-norm heeft een toekomstgerichte nieuwbouw voor ogen. De concrete invulling zet echter in op het omgekeerde resultaat. Vanaf 2021 mogen alle nieuwbouwwoningen volgens deze norm in Vlaanderen maximaal 70 kWh/m² per jaar verbruiken voor verwarming. Vergelijk deze norm met de 15 kWh/m² per jaar van de sinds jaren gebouwde passiefhuizen en tevens de binnenkort verplichte norm in Brussel (2015) en Wallonië (2017). Ongelooflijk maar waar: de Vlaamse overheid geeft het signaal om vooral niet te veel in te zetten op energiebesparing (1). Ondernemingen die zich specialiseerden in energie-efficiëntie krijgen zo het deksel op de neus. Deze aanpak hypothekeert niet alleen een effectief klimaatbeleid, ze is ook economisch nefast en leidt tot collectieve verarming. Zolang we als dichtbevolkte en energiearme regio niet voluit de kaart trekken van het beperken van de energievraag, rijden we onszelf hopeloos vast.

Update: dit Nederlandse rapport bevestigt in grote lijnen dit verhaal.


Herken de wolf
Twee artikels in De Standaard van 22 februari 2014 hebben op het eerste zicht niets met elkaar te maken. Wie het energiebeleid aandachtig volgt, ziet echter wel een duidelijk verband en een groot probleem aan de horizon verschijnen.
In Subsidie op houtverbranding onder vuur maakt men verslag van de actie (sic) van de houtfederatie Fedustria in Brussel  tegen de subsidie van houtverbranding voor de productie van groene stroom. Dit dreigt de stroomprijs in Vlaanderen met € 328 miljoen per jaar, of € 100 per gezin, te verhogen. Bovendien kunnen lokale houtproducenten zich nog met moeite lokaal bevoorraden, wat de prijs van houtproducten voor de bouw de hoogte in jaagt.
In het tweede artikel, Je bouwt het zuinigst met BEN, stelt men foutief: 'BEN-woningen voldoen aan een rist eisen die de woonst hyperenergie-efficiënt maken.' Helaas heeft de BEN-norm niets met 'hyperenergie-efficiëntie' te maken. Ze laat immers toe energieneutraliteit te benaderen door heel sterk te steunen op hernieuwbare energieproductie, zonder daarbij de energievraag tegelijk drastisch terug te schroeven. Dit is dweilen met de kraan open. De norm vormt in combinatie met een financieel gunstregime voor zonnepanelen een gevaarlijke cocktail: men moedigt bouwers aan te kiezen voor een onvoldoende geïsoleerde nieuwbouw en deze te compenseren met een dak vol zonnepanelen (2). Elke gunstige dakoppervlakte is uiteraard meer dan wenselijk om de energievoorziening te vergroenen. Deze in Vlaanderen zo schaarse oppervlakte gebruiken om tochtige en onvoldoende geïsoleerde huizen te verwarmen is echter waanzin. Als het koud is en de zon niet schijnt, moet zo'n huis massaal beroep doen op het elektriciteitsnet. Dit vereist dure alternatieven zoals flexibele elektriciteitscentrales op fossiele brandstoffen of biomassa, vaak hout.
Het laatste artikel illustreert op een pijnlijke manier het gevaarlijke misverstand dat de BEN-norm energiezuinig en financieel voordelig bouwen garandeert. Een fabeltje dat ook verkopers op Batibouw graag vertellen. Het tegendeel is waar: het onnodige hoge energieverbruik van vele 'BEN-woningen' resulteert in een sterk verhoogde elektriciteitsfactuur én duurdere houtproducten voor de hele gemeenschap.

Energievraag beperken prioritair
Bijna 40% van de commerciële energie in de EU wordt in gebouwen gebruikt. Het drastisch reduceren van hun energiebehoefte is een voorwaarde om deze groen in te vullen, anders swingen de kosten de pan uit. De lange levensduur van gebouwen laat dan ook enkel het energiezuinigste ontwerp toe. Een energiegulzige lock-in is absoluut te vermijden.
Er is nog een bijkomend probleem in het geval van gebouwenverwarming: een enorme verbruikspiek in de wintermaanden. Momenteel wordt deze winterpiek opgevangen door geïmporteerde fossiele brandstoffen die makkelijk te stockeren zijn. Elektrificatie van de economie is echter onze enige optie bij een effectief klimaatbeleid (3). Als we voor de verwarming overschakelen op elektrische warmtepompen, dreigt enkel voor ons slecht geïsoleerd woningpark deze investeringsintensieve winterpiekbelasting meer dan te verdubbelen (4). De kosten gelieerd aan een hoge en sterk fluctuerende energievraag lopen dan ook pijlsnel op. Energiebesparing bij verwarming brengt dus dubbel op.

Appelen, peren en de handelsbalans

Zelfs als de overheden de op til zijnde klimaatontsporing negeren, zijn te soepele energienormen als de BEN-norm economisch nefast. Wie beweert dat 70 kWh/m²/jaar voor nieuwbouw een maatschappelijk optimum is, slaat de bal volledig mis. Klassieke kosten-batenanalyses schieten schromelijk tekort bij het bepalen van de optimale energetische performantie van een gebouw (5).
Bijna alle energie in Vlaanderen wordt ingevoerd: olie, aardgas, steenkool en een groot deel van de biomassa. Als je een maatschappelijk optimum zoekt, is het onzinnig deze uitgaven in de weegschaal te leggen met uitgaven voor extra isolatie, betere ramen, luchtdichtheid en ventilatie die rechtstreeks naar de lokale economie gaan. Vaak bieden de bijkomende besparingsmaatregelen net tewerkstelling aan laaggeschoolden die in onze kenniseconomie uit de boot dreigen te vallen. Hun werkloosheidsuitkeringen worden niet meegerekend in de analyse om tot een 'optimaal' K-peil te komen.
Een van de voornaamste redenen van ons handelstekort is dan ook onze energieafhankelijkheid en de sterk gestegen olie- en gasprijzen. Een negatieve handelsbalans maakt onze welvaartsstaat bijzonder kwetsbaar. Inzetten op een lage energievraag kan onze handelsbalans opnieuw in evenwicht brengen en onze economie de ademruimte geven die ze broodnodig heeft.


Betaalbaar bouwen
Bouwen is duur geworden. Dit ligt echter in de eerste plaats aan een ongekende vastgoedgekte, in de hand gewerkt door een falend woonbeleid dat de prijzen aanwakkert. Daarnaast is de 21% BTW op nieuwbouw een enorme meerkost, terwijl wonen toch een basisbehoefte is? Vergelijk dit met de 0% BTW op vliegtuigtickets, 6% BTW op de renovatie van tweede verblijven en binnenkort het elektriciteitsverbruik van een jacuzzi.
Zelfs in deze omstandigheden blijkt compact, eenvoudig en (bijna) passief bouwen nu al haalbaar én betaalbaar voor velen. Met de juiste fiscale ingrepen, wordt écht energiezuinig bouwen en renoveren voor iedere bouwheer een haalbare kaart.

Een overheid heeft als taak de sociaal-economische parameters zo vast te leggen dat het korte termijn eigenbelang samenvalt met het lange termijn algemeen belang. Met de huidige BEN-norm riskeert net het omgekeerde te gebeuren: de Vlaamse regelgeving zet de poort van energieafhankelijkheid wagenwijd open en hypothekeert zo een effectief klimaatbeleid. Brussel en Wallonië bewijzen dat het anders kan en zetten volop in op een toekomstgericht relance. Vlaanderen moet dringend werk maken van een inhaalbeweging om een carbon lock-in te vermijden. Resoluut kiezen voor een duurzaam, rechtvaardig en betaalbaar energiebeleid biedt niets dan voordelen.